Het vieren van een all-inclusive vakantie heeft voor- en nadelen. Wat zwaarder weegt is vaak een persoonlijke afweging. Soms wordt de toeristen weinig keuze gelaten, omdat op sommige bestemmingen het hotelaanbod vrijwel alleen maar bestaat uit all inclusive hotels. Zeker als je een luxe strandvakantie wilt dan heb je op sommige vakantiebestemmingen weinig keuze. Voorbeelden hiervan zijn bijvoorbeeld de Dominicaanse Republiek (en dan met name Punta Cana), Jamaica, Cuba, sommige delen van Mexico (o.a. Cancun) en natuurlijk ook veel plekken aan de kust van Turkije. Wie daar een vergelijkbaar hotel wil boeken zonder all-inclusive verzorging die doet vaak tevergeefs een zoektocht naar een dergelijke optie.
Vaak zijn de hotels zonder all-in pakket dan in een lagere hotelcategorie, veel kleinschaliger (dus minder faciliteiten) of zijn ze te duur. Er zijn ook vakantiebestemmingen die juist aan de mogelijkheid van het aanbieden van all-in vakanties hun bestaansrecht ontlenen. Zonder all-inclusive hotels hadden plaatsen zoals Cancun, Lara of Punta Cana waarschijnlijk nooit zo populair geworden als dat ze nu zijn.
De aanwezigheid van all-inclusive hotels heeft gevolgen voor de economie, werkgelegenheid en de infrastructuur in de plaats waar deze hotels staan. Voor gebieden en plaatsen waar al sprake was van toerisme zie je een verschuiving van geld en werkgelegenheid. De toeristen die eerst nog vrij veel naar lokale restaurants en bars gingen die blijven nu steeds meer op het terrein van hun hotel, waardoor het aantal klanten in rap tempo afneemt. Ook de winkels zien hierdoor minder toeristen komen, omdat die niet naar buiten gelokt worden voor hun maaltijd. Het resultaat is vaak dat de lokale ondernemers de eindjes niet meer aan elkaar geknoopt krijgen. Faillissementen, leegstand en uiteindelijk verpaupering zijn de mogelijke gevolgen. Hierdoor komt de lokale economie in een vicieuze cirkel terecht. Lege terrassen en gesloten winkels zorgen er immers voor dat de vakantiesfeer buiten de hotels steeds verder daalt, wat de bestemming minder aantrekkelijk maakt voor toeristen. Die hebben dan steeds minder zin om het hotel überhaupt nog te verlaten behalve voor excursies en strandbezoek.
In het geval dat de all-inclusive hotels uit het niets komen, dus geen bestaand toerisme vervangen, is er primair sprake van een toename in de werkgelegenheid en van economische groei binnen de plaats of regio. Zo worden er complete toeristenwijken of zelfs dorpen of steden uit de grond gestampt die vrijwel geheel gebaseerd zijn op het all-inclusive toerisme. Om deze hotels draaiende te houden is er vraag naar bedienend personeel, onderhoudend personeel en mensen die de schoonmaak van de kamers voor hun rekening nemen. Allemaal werkgelegenheid die er eerst niet was. Ook de bouwsector profiteert van de bouw van nieuwe hotels, hoewel dat effect vaak tijdelijk is. Als de gebouwen er eenmaal staan zijn er minder mensen nodig voor het onderhoud van diezelfde gebouwen. Wie denkt dat de komst van het all-inclusive toerisme alleen maar zorgt voor een jubelstemming die realiseert zich niet dat plots opkomend grootschalig toerisme vaak vergaande gevolgen heeft voor de natuur en ook de infrastructuur. De mooiste stranden worden vaak “opgeëist” door projectontwikkelaars die er hun betonnen kolossen wegzetten.
Voor toeristen die een all-inclusive hotel boeken zijn er twee voordelen die de doorslag geven:
– Je kunt vooraf goed incalculeren wat je vakantie gaat kosten (geen tot beperkte extra uitgaven)
– Je hebt in je hotel (meestal) geen geld nodig om drinken te bestellen. Je portemonnee kan in de kluis blijven.
– Binnen het resort is het veilig, wat vooral een criterium kan zijn op bestemmingen met hogere criminaliteitscijfers.
Wat veel mensen ook aanspreekt, is dat veel all-inclusive hotels vaak grotere hotels zijn waar veel te doen is. Entertainment overdag en ’s avonds, vaak meerdere zwembaden en niet zelden de ligging direct aan zee is hetgeen wat de all-inclusive boeker vaak aantrekt. Voor mensen met (jonge) kinderen is de maaltijden in buffetvorm vaak ook een positief punt. In plaats van gezeur over wat de kinderen gaan eten kunnen ze zelf hun bordje vullen. Vinden ze iets echt niet lekker dan kunnen ze altijd nog iets anders pakken.
De een zal het als voordeel zien en de ander als nadeel, maar feit is dat je waarschijnlijk meer tijd in je hotel verblijft dan gemiddeld. Op het moment dat je je buiten het hotel begeeft moet je immers ineens betalen voor eten en drinken.
Soms kun je bijna niet anders dan op of rondom je hotel verblijven, omdat er in de directe omgeving simpelweg helemaal niets te zien of te doen is. Niet zelden staan all-inclusive op kilometers afstand van de bewoonde wereld of is de bewoonde wereld niet de moeite waard voor toeristen.
Andere mogelijke nadelen voor toeristen zijn:
– Als de kwaliteit van het eten je niet bevalt dan kun je niet altijd buiten de deur eten en als dat wel kan dan zul je dat zelf moeten betalen terwijl je indirect al voor je maaltijden betaald hebt.
– Na een week eten in het hotel kan het eentonig worden. Het verrassingseffect is weg.
– Meestal moet je met een speciaal armbandje rondlopen, waardoor je herkenbaar bent als all-in gast
– Je maakt amper tot niet kennis met het werkelijke leven in het land waar je verblijft
– Je maakt amper tot niet kennis met de lokale keuken het land waar je verblijft
– Je wordt niet gestimuleerd om contact te hebben met de lokale bevolking
