Vakantie & geld

Op vakantie gaan is geen goedkope bezigheid. Het hangt er natuurlijk heel erg vanaf hoe, waar en wanneer je op vakantie gaat. Feit is dat een vakantie vrijwel altijd extra kosten met zich meebrengt. Een uitzondering is als je je woning ruilt met iemand anders en kosteloos reist. Zelfs als je in Nederland geen vaste lasten hebt buiten je ziektekosten dan moet je extra kosten maken om te reizen, want een reisverzekering is bijvoorbeeld al onvermijdelijk als je financiële risico’s wilt beperken.

Het gros van de Nederlanders die op vakantie gaat heeft aan het jaarlijkse vakantiegeld niet voldoende. Ongeveer een vijfde deel van de Nederlanders die op vakantie gaat doet dat alleen van het vakantiegeld. Hoeveel gemiddeld Nederlands gezin per jaar uitgeeft is lastig te bepalen. Er zijn allerlei rekenmodellen, maar er is er geen eentje die helemaal waterdicht is. Want wat bijvoorbeeld lastig te bepalen is, is welke kosten je toedicht aan de vakantie en welke niet. Thuis zou je ook eten, drinken en geld uitgeven aan ontspanning. Kun je zomaar stellen dat je alleen de meerprijs toe mag wijzen aan de vakantiekosten? Nee, want stel dat je niet op vakantie gaat maar wel vakantie hebt. De kans is groot dat je dan ook wat extra kosten zou maken. En hoe zit het met de nieuwe fotocamera die je koopt? Zou je die ook kopen als je niet op vakantie zou gaan? Zou je een andere (lees: goedkopere) auto gekocht hebben als je niet met de auto op vakantie zou gaan? Je wilt niet weten die een auto net een maatje groter kopen, omdat ze er ook mee op vakantie moeten. Of die er een trekhaak onder bestellen (gemiddelde prijs 1000 euro), omdat de auto een caravan, vouwcaravan, boottrailer of aanhanger moet kunnen trekken? Wat betreft het inkopen van kleding wordt er vaak ook rekening gehouden met vakanties. Sommige kleding is honderd procent voor de vakantie bedoeld, maar er zijn ook delen van de garderobe waarbij het ‘op vakantie gaan’ meespeelt in keuzes.

De gemiddelde werkelijke besteding aan vakanties bedraagt 10 tot 15 procent van het netto inkomen. Hier zijn soms grote verschillen tussen inkomensgroepen zichtbaar. Je ziet het grootste relatieve vakantiebudget vaak terug bij inkomens die tussen modaal en twee keer modaal liggen. Daarboven nemen de absolute kosten vaak toe, maar vormt het een kleiner deel van het besteedbaar inkomen.